Tips om je kind voor te bereiden op een vaccinatie: prikken zonder angst

Voor de vaccinatie

Voor de meeste jonge kinderen is het voldoende om een dag voor de afspraak te vertellen dat het kind een prik krijgt. En dat dit een heel klein beetje pijn doet, maar wel zo voorbij is.

Er zijn ook kinderen die sterk opzien tegen de prik. Voor deze kinderen en hun ouders hebben we de volgende tips:

• Jij kent je kind het beste en kunt dus ook goed inschatten wat een geschikt moment is om te vertellen dat je kind een prik gaat krijgen. Een dag van te voren is meestal voldoende, sommige kinderen horen het graag eerder. Wacht zeker niet tot het allerlaatste moment.
• Vertel je kind op een neutrale wijze wat er gaat gebeuren. Vertel eerlijk dat het heel even een beetje pijn doet, maar dat het daarna snel weer over is. Het is niet zo prettig, maar het is zo voorbij.
• Bespreek samen wat je kind prettig vindt tijdens het vaccineren. Op schoot zitten of juist niet? De favoriete knuffel mee? Zo geef je jouw kind een gevoel van controle.
• Ter voorbereiding kun je je kind ook dit leuke en informatieve filmpje over vaccineren laten zien. Of bekijk alvast hoe het vaccineren bij onze GGD er aan toe gaat voor kinderen tot 12 jaar en voor kinderen vanaf 12 jaar.
• Bekijk hier meer tips bij prikangst. In dit interview lees je nuttige tips tegen prikangst van een kinderarts.

N.B. Wanneer je vermoedt dat je kind hevige angst heeft voor de prik en daardoor moeilijk te vaccineren zal zijn, is het verstandig om dit vooraf even te melden bij onze medewerkers. Is je kind erg angstig, dan kunnen wij je kind ook vaccineren in een aparte en rustigere ruimte waar we alle tijd nemen. 

Tijdens de vaccinatie

Afleiding kan helpen. Leg uit dat het helpt als je kind net vóór en tijdens de prik ergens anders naar kijkt dan de naald en de arm. Vraag je kind om tijdens het prikken de tenen te bewegen of bedenk vooraf samen met je kind iets wat kan helpen als afleiding. Onze medewerker stelt je kind gerust en maakt een praatje om voor wat afleiding te zorgen.

• Zorg dat je kind een t-shirt met korte mouwen draagt, dat is makkelijker bij het vaccineren
• Bij aankomst geef je eerst de vaccinatiekaart af en daarna wacht je samen met je kind totdat het aan de beurt is
• Je aanwezigheid tijdens de vaccinatie is belangrijk. Wanneer jij rust en vertrouwen uitstraalt, heeft dit een positieve invloed op je kind.
• Spanning mag er zijn. Als je merkt dat je kind bang is, benoem dan wat je ziet. Bijvoorbeeld: “ik weet dat je het spannend vindt, dat mag” of “het is zo voorbij”. Het erkennen en benoemen van zijn/haar emoties zorgt voor opluchting. Blijf zelf kalm en ga niet mee in de boosheid of verdriet van je kind. Jij hebt de regie.
• De GGD-medewerker stelt je kind gerust en zorgt voor afleiding tijdens de prik. Ouders kunnen ook helpen. Lees bijvoorbeeld voor uit een boekje of bekijk samen een leuk filmpje op de telefoon.

Na de vaccinatie

Vraag achteraf hoe je kind het vond gaan. Benoem samen wat goed ging. Alle emoties mogen er zijn. Benoem de emoties die je ziet en geef je kind een compliment. Laat je kind ook zichzelf een compliment geven. Deze positieve zelfspraak verlaagt de prikangst voor een volgende keer.