Vertrouwen in lange termijn aanpak is beperkt
Verdere toename in sociale activiteiten, verder herstel mentale gezondheid
Het gevoel van dreiging door het coronavirus is verder afgenomen. Door het loslaten van alle coronamaatregelen, gaan deelnemers van alle leeftijden vaker naar buiten voor een feestje of voor de horeca dan tijdens de vorige meetronde in maart. Ook gingen zij vaker op bezoek bij vrienden of familie en ontvingen ze meer bezoekers thuis. Dit gaat gepaard met een verder afname in eenzaamheid en een lichte toename in mentale gezondheid, met name onder de deelnemers van 25 t/m 39 jaar.
Naleving hygiëne adviezen stabiel, maar forse daling in testen bij klachten
De nog steeds geldende hygiëne adviezen – handen wassen, hoesten/niezen in de elleboog – worden redelijk stabiel nageleefd. Maar het percentage deelnemers dat een COVID-19 (zelf)test heeft gedaan bij klachten is flink afgenomen van 89% in maart naar 45% in de huidige meetronde. De meerderheid van de deelnemers die testte, deed een zelftest. Iets meer deelnemers bleven thuis na een positieve testuitslag. Het merendeel ging tijdens het isolatie advies niet naar buiten, ongeveer 40% ging naar buiten om een rondje te lopen of om de hond uit te laten en ongeveer 5% ging boodschappen doen.
Opnieuw daling in vertrouwen, zorgen om nieuwe opleving
Na een kleine toename in het vertrouwen in de aanpak van de overheid tijdens de vorige meetronde, is het vertrouwen deze meetronde weer gedaald. Nog 22% van de deelnemers heeft (heel) veel vertrouwen, terwijl dat in maart een derde was. Bijna een derde van de deelnemers vindt dat er ten tijde van de meting te weinig maatregelen genomen worden. Ongeveer twee derde van de deelnemers maakt zich zorgen om een nieuwe opleving van het coronavirus en slechts een kwart heeft er vertrouwen in dat de overheid hierop voldoende voorbereid zal zijn.
Deelnemers hebben behoefte aan meer communicatie vanuit de overheid
Driekwart van de deelnemers vindt dat de overheid meer zou moeten communiceren over de plannen voor een mogelijke opleving, bijvoorbeeld over het vaccinatiebeleid en mogelijke maatregelen bij opleving. Ook bijna driekwart van de deelnemers vindt dat de overheid dan moet bepalen welke maatregelen op welk moment nodig zijn. Eén op de vijf deelnemers vertrouwt daarentegen liever op de eigen verantwoordelijkheid van burgers en vindt dat de overheid geen maatregelen zou moeten opleggen.
GGD Brabant-Zuidoost voert dit onderzoek uit samen met het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en andere GGD’en. In totaal 1.740 mensen uit Zuidoost-Brabant deden mee aan de twintigste ronde, die tussen 8 -12 juni 2022 werd uitgevoerd.